Met het Rijksbrede programma ‘Nederland circulair in 2050’ zet het kabinet in op de ontwikkeling om voor 2050 een volledig circulaire economie te bereiken. De tussendoelstelling voor 2030 is het realiseren van 50% minder gebruik van primaire grondstoffen (mineraal, fossiel en metalen). Dit Rijksbrede programma heeft 5 prioriteiten: 1) biomassa en voedsel, 2) kunststoffen, 3) maakindustrie, 4) bouw en 5) consumptiegoederen. Met onderstaande prestaties willen we, binnen onze invloedssfeer, de komende jaren hieraan een bijdrage leveren en stappen zetten naar een Duurzaam Apeldoorn.
Door zorg en aandacht te hebben voor de manier waarop we omgaan met ons afval en dit zorgvuldig te (her)gebruiken dragen we bij aan onze ambitie. Dit is een belangrijke basis voor een circulaire samenleving. Circulus-Berkel, onze partner, zorgt ervoor dat onze inwoners de mogelijkheid hebben zorgvuldig met het afval om te gaan, doordat zij herbruikbare stoffen (grondstoffen) gescheiden kunnen aanbieden.
Afval is al lang geen afval meer en wordt steeds vaker als grondstof voor nieuwe producten gebruikt. De zogenaamde circulaire economie krijgt steeds meer een boost en levert ook werkgelegenheid op. In het verlengde hiervan past ook de zoektocht van Circulus-Berkel naar een locatie voor de vestiging van een circulair grondstoffencentrum.
De inwoners van Apeldoorn zijn nu al een kei in het scheiden van hun afval. Los van het feit dat het ophalen van het huishoudelijk afval een wettelijke taak is, stimuleren we door de uitvoering van het in 2020 geïmplementeerde recycleplan ‘Recycleservice 2025’ de bewoners nog meer om de hoeveelheid restafval te verkleinen.
We streven ernaar om in 2025 de hoeveelheid fijn restafval verder te verkleinen naar 30 kg per persoon (ten opzichte van 130 kg in 2017) en om nog beter het huishoudelijk afval te scheiden naar grondstoffen (GFT, PMD, papier/karton, glas, elektrische apparaten, textiel, etc).
Bedacht moet worden dat het beter scheiden van afval helpt om de hoeveelheid restafval te verkleinen, maar alleen niet voldoende is om tot de gewenste hoeveelheid restafval te komen. We nemen dan ook actief deel in projecten, waarin de focus ligt op het voorkomen van afval.
PRESTATIE
| 1.1.1 In 2022 is de totale hoeveelheid fijn restafval per persoon verder gedaald dan in 2021, in 2025 nog maar 30 kg. |
In 2020 is het recycleplan ‘Recycleservice 2025’ uitgerold en wordt in heel Apeldoorn omgekeerd ingezameld. Het restafval wordt door de inwoners naar een ondergrondse container weggebracht. Onze inzamelaar, Circulus-Berkel, levert elk kwartaal cijfers over de gemiddelde hoeveelheid ingezameld restafval.
We monitoren structureel:
Indicator: in 2022 is de gemiddelde maximale hoeveelheid fijn restafval per persoon 65 kg. In 2025 is dat nog maar 30 kilo.
|
| 1.1.2 In 2022 wordt minimaal 75% van het huishoudelijk afval gescheiden naar grondstoffen. We streven naar behoud van het percentage van 75% in 2025. |
Bewoners kunnen hun grondstoffen gratis aanbieden. Voor de bewoners van de laagbouw is dit bij hun woning, voor de bewoners van de hoogbouw is dit onder andere bij winkelcentra.
De inwoners van Apeldoorn scheiden hun afval al goed in vergelijking met andere gemeenten. In Apeldoorn was dit percentage in 2019 74% en in 2020 80%, terwijl het landelijk gemiddelde rond de 60 % ligt. Ondanks dit goede resultaat, verdwijnen er op dit moment aanzienlijke hoeveelheden grondstoffen toch nog in het restafval, die daardoor bij verbranding verloren gaan. Dit heeft ook financiële gevolgen: we lopen inkomsten mis (bijvoorbeeld uit de verkoop van papier) en/of hebben extra verbrandingskosten.
We zijn trots op het huidige percentage, maar het is niet vanzelfsprekend dat dit zo blijft. We streven naar behoud van het percentage van 75% in 2025. Dit is conform ‘Recycleservice 2025’ en het rijksbeleid. De kans bestaat dat het behaalde percentage weer daalt. Het percentage is direct afhankelijk van het gedrag van onze inwoners. Als de verwerkende bedrijven de lat hoger leggen voor de aangeleverde grondstoffen en bepaalde zaken bijvoorbeeld niet meer in het GFT mogen, bestaat de kans dat mensen er de brui aan geven en voor de zekerheid of voor het gemak alles maar weer in het restafval gooien.
Ook hier monitoren we structureel,
Indicator; in 2022 wordt minimaal 75% van het huishoudelijk afval gescheiden naar grondstoffen. We streven naar behoud van dit percentage in 2025.
|
| 1.1.3. In de komende jaren worden de ingezamelde grondstofstromen zuiverder. In 2022 hebben we maximaal 5 % complete afkeur van ter verwerking aangeboden grondstofstromen. |
Hoewel er veel grondstoffen aangeboden worden, zien we dat de grondstofstromen niet zuiver zijn. Zo zien we restafval bij het GFT of PMD en volle verpakkingen in het PMD. Ook zien we in de grondstofstromen andere grondstofstromen die daar niet in thuishoren (bijvoorbeeld plastic verpakkingen in het GFT). Kortom, het zuiverder maken van grondstofstromen kan nog beter. We blijven aanvullende plannen ontwikkelen en waar mogelijk uitvoeren om de grondstofstromen die door huishoudens aangeboden worden zuiverder te maken. Een klein percentage vervuiling is onvermijdelijk. Grotere vervuilingen leiden tot lagere inkomsten of hogere verwerkingskosten. Per grondstofstroom is contractueel vastgelegd wat het maximale percentage aan vervuiling mag zijn. Vervuiling boven dit percentage zorgt voor complete afkeur, waardoor de partij verbrand moet worden. Dit leidt tot hogere kosten en ook gaan waardevolle grondstoffen verloren.
Indicator: in 2022 hebben we maximaal 5% complete afkeur van ter verwerking aangeboden grondstofstromen.
|
| 1.1.4 We halen, brengen en ontwikkelen Europese kennis en kunde op het thema van de circulaire economie |
Als partner in vier Europese subsidieprojecten gaan we met andere Europese steden/regio’s, kennisinstellingen, onderwijs, ondernemers en inwoners onderzoek doen en projecten ontwikkelen. Zo doen we met CityLoops (Horizon2020) kennis op en ontwikkelen we businesscases om onze eigen vrijkomende grondstoffen uit bouw- en sloopafval en biomassa op een slimme manier kunnen verwaarden en hergebruiken. Zo onderzoeken we hoe we een grondbank en materialenpaspoort kunnen ontwikkelen en in de praktijk kunnen testen. Daarnaast onderzoeken we hoogwaardigere verwerkingsmogelijkheden van biomassa, waaronder Bokashi. Dit doen we samen met Saxion Hogeschool en Wageningen University Research. Met SMART WASTE (Interreg Europe) onderzoeken we hoe we als gemeente onze inwoners meer bewust kunnen maken van hun koopgedrag en hoe we bedrijven kunnen stimuleren om hun afval te scheiden. Het project ShaRepair (Interreg NWE) richt zich op elektrische en elektronische apparatuur en beoogt deze hoeveelheid te verminderen. Dit gebeurt door het ontwikkelen van een digitale infrastructuur om meer burgers in staat te stellen om reparaties uit te voeren, zowel zelfstandig, samen (in reparatiecafés) en met de hulp van professionele reparatiediensten. Hier is een duidelijk link met de E-novation hub waarin met verschillende (regionale) partijen en onderwijs wordt samen gewerkt. In het project Three-C (Interreg NWE) zoeken we naar een businesspartner voor het omzetten van momenteel onderbenut stedelijk en landelijk biomassa-afval naar Biochar (actieve koolstof). Uit eerder Europees onderzoek is gebleken dat het een interessante businesscase is. Door actief partner te zijn in deze Europese projecten en netwerken ontwikkelen we kennis op het gebied van circulaire economie en zoeken naar (co)-financiering om stappen te zetten op de circulaire ladder.
|