In het college werkprogramma hebben wij als aandachtspunt de Schuld(quote) benoemd.
Voor de definitie van de schuld sluiten wij aan bij de wettelijk gehanteerde definitie. Deze berekeningswijze van de Netto Schuldquote is vastgesteld als één van de financiële kengetallen voor gemeenten, waarbij zowel terug als vooruit gekeken wordt. In de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing hebben wij ijkpunten voor enkele kengetallen benoemd, waaronder die voor de (Gecorrigeerde) Netto Schuldquote.
De definitie van de gecorrigeerde Netto Schuldquote luidt:
(Onderhandse leningen+overige vaste schuld+kortlopende schuld+overlopende passiva -langlopende uitzettingen - kortlopende (debiteuren) vorderingen en uitzettingen – liquide middelen – overlopende activa)/ totaal van de inkomsten op de exploitatiebegroting.
Het doel gedurende deze collegeperiode is om onze netto schuldquote te houden beneden de 90%.
Jaar | Begroting | Rekening | Waarde ijkpunt | Provincie | Provincie |
---|---|---|---|---|---|
2018 | 91,7% | 77,34% | Goed | B | A |
2019 | 82,08% | 83,42% | Goed | A | A |
2020 | 82,77% | 69.09% | Goed | A | A |
2021 | 75,57%* | Goed | A | ||
2022 | 78,86% | Goed | A |
* Bijgesteld naar nieuwste inzichten.
Al vanaf 2016 zien wij een trend van verbetering van de schuldquote, met bij de jaarrekening 2020 zelfs een niveau van iets onder de 70%. Met de MPB 2022-2025 en de investeringen die voor ons liggen, verwachten wij een iets oplopende Schuldquote, waarbij wij rekening houden met een behoorlijk netto toename van ons bezit (vaste activa) in de komende begrotingsjaren. Daarnaast kunnen lagere baten dit kengetal negatief beïnvloeden. Wij voorzien voor nu met een doorkijk naar de nabije jaren dat de corrigeerde netto schuldquote beneden de 90% blijft. Wij blijven de ontwikkeling van dit kengetal nauwgezet volgen.
EMU-saldo
In de nieuwe septembercirculaire 2021 zal het kabinet waarschijnlijk de nieuwe individuele referentiewaarden voor individuele gemeenten presenteren. Wij verwachten dat hier vooralsnog geen prioriteit aangegeven wordt, gezien de onzekere economische situatie als gevolg van de coronacrisis. Hieronder staat een overzicht hoe wij de ontwikkeling van ons EMU-saldo inschatten.
Referentiewaarde EMU-tekort | Begroting EMU-Saldo | Werkelijk EMU-Saldo | |
---|---|---|---|
2018 | Niet vastgesteld | + € 8.883 mln | + € 14,241 mln |
2019 | € 22,4 mln* | + € 2,442 mln | - € 26,105 mln |
2020 | € 23,1 mln* | -.€ 7,391 mln | +€ 54,169 mln |
2021 | € 21,7 mln* | - € 15.599 mln | |
2022 | Nog niet vastgesteld | xxxxx |
* Vastgesteld op basis van het 0,27% van het Bruto Binnenlands Product voor alle gemeenten gezamenlijk
Ook via de EMU-saldo ontwikkeling kunt u zien of onze schulden juist afnemen of juist iets oplopen. Zoals eerder gezegd, het jaarrekeningoverschot en de achterblijvende investeringen in 2020, zorgden voor een gunstig EMU-saldo. Afhankelijk van het tempo van uitvoeren van de lopende en nieuwe investeringen in 2021 en 2022, grondbedrijf verkopen en exploitatiesaldi van beide jaren verwachten wij vooralsnog voor beide jaren binnen de referentiewaarden van EMU-tekort te blijven.
Hoe kunnen we meer concreet de Schuldquote verlagen en het EMU saldo positief beïnvloeden?
- Indien we de inkomsten in de exploitatie kunnen opvoeren heeft dat een positief effect. Als die inkomsten worden toegevoegd aan de reserves kan er schuld worden afgelost. Dan ontstaat een extra positief effect op de netto schuldquote;
- Wij zijn al enkele jaren onderweg om een belangrijk deel van de voorraad oneigenlijk bezit te verkopen. Met de opbrengst is en zal een deel van de schulden worden afgelost;
- Indien de grondverkopen de investeringen overstijgen dan heeft dat een positief effect op de Schuldquote en het EMU-saldo.
Al deze mogelijkheden hebben (politiek bestuurlijke) consequenties, die verder gaan dan alleen een verlaging van de Netto Schuldquote.
Overigens is de verwachting dat de netto schuldquote in de komende jaren vooralsnog min of meer zal stabiliseren, daarbij zijn de volgende aandachtpunten te noemen:
- Nog een zeer geringe toename Algemene Reserve, wij “sparen” vanuit de begroting om de Algemene Reserve de komende jaren verder te verhogen. In de praktijk betekent dit dat als er meer geld binnen komt dan eruit gaat, er direct een deel van de (korte)schuld wordt afgelost;
- Diverse investeringen waaronder die in Activa met maatschappelijk nut e.d. waardoor de schuld weer wat kan toenemen;
- Overige grotere nog niet bekende investeringen kunnen dit kengetal negatief beïnvloeden;
- Ontwikkelingen met betrekking tot de Schaalsprong.